Angel Daleman heeft zich op de slotdag van de World Cup in Heerenveen opnieuw tussen de wereldtop genesteld. De 18-jarige schaatsster reed zondagmiddag haar één na snelste 500 meter in Thialf en eindigde met een tijd van 37,68 als zesde. Merijn Scheperkamp behaalde een podiumplaats in de B-groep van de 500 meter.

Daleman, die zaterdag al zesde was geworden op de 1500 meter, liet op de kortste afstand opnieuw haar potentie zien. De jongeling klokte in de zesde rit een tijd van 37,68 en hoefde daarmee slechts vijf rijdsters voor zich te dulden. Na haar vijfde plek bij de World Cup in Calgary schaarde ze zich opnieuw bij de beste sprinters ter wereld.

“Ik had totaal niet gedacht dat ik op de 500 meter mee zou kunnen doen om de bovenste plekken. Het is & was nooit mijn prioriteit, al is het altijd goed om mee te nemen. Vandaag maakte ik een paar schoonheidsfoutjes, maar dat hoort erbij. Ik ben hier maar één keer sneller geweest, dus dan mag ik hartstikke tevreden zijn”, aldus Daleman.

Met het OKT in aantocht voelt Daleman dat haar vorm groeiende is. “Ik heb het privilege dat ik op jonge leeftijd dit soort wedstrijden mag rijden en al die lessen mag leren. Of ik uiteindelijk naar de Olympische Spelen ga of niet, ik heb nog tijd zat. Natuurlijk wil ik me plaatsen, maar ik ben op dit moment al heel blij dat ik er met vertrouwen naartoe kan.”

Opsteker voor Scheperkamp
Scheperkamp boekte in de B-groep van de 500 meter een persoonlijk succesje. De 25-jarige sprinter eindigde met een tijd van 34,89 als derde en promoveerde daarmee naar de A-groep. “Het is lekker dat ik in de top drie rijd en volgende week in de A-divisie mag rijden. Daar krijg ik zelfvertrouwen van en dat is belangrijk voor mij”, aldus Scheperkamp. “Ik denk dat de 500 meter de moeilijkste afstand is om uit te komen. Ik ben blij dat het nu gelukt is.”

Scheperkamp kon een dergelijk succesje wel gebruiken. De eerste maanden van het seizoen verliepen niet zoals gewenst en zorgden ervoor dat hij terug moest naar de tekentafel. “Om eerlijk te zijn, had ik er meer van verwacht. Je gaat naar Salt Lake City en Calgary om PR’s te rijden en dat heb ik daar niet gedaan. Dat was wel balen”, erkent de voormalig Europees kampioen sprint. “Fysiek gezien heb ik er nog nooit zo goed voor gestaan, dus daar ligt het niet aan. Het zit hem meer in het technische aspect.”

“Ik weet echt wel hoe ik moet schaatsen. Je moet in de race alleen wel de juiste focus hebben. Voorheen ging dat altijd vanzelf, maar op een gegeven moment gaat die onbevangenheid weg. Dan ga ik iets te veel nadenken, terwijl ik gewoon moet knallen.” De derde plek in Heerenveen heeft hem een flinke dosis vertrouwen gegeven. “Ik hoop in Hamar iets moois te laten zien, zodat ik daarop verder kan bouwen.”