Angel Daleman heeft voor de eerste keer in haar carrière een wereldbekermedaille veroverd op de langebaan. De 17-jarige schaatsster, die regelmatig met Team Essent meetraint, zorgde op de 1500 meter voor een daverende verrassing door een bronzen medaille in de wacht te slepen. Suzanne Schulting greep op de 500 meter net naast een podiumplek.

Daleman maakte vorige week haar World Cup-debuut in het Japanse Nagano en deed meteen van zich spreken. Op de 1000 meter eindigde ze tot ieders verbazing als vierde en op de 1500 meter behaalde ze met de achtste stek eveneens een fraaie toptiennotering. Op de eerste dag van de World Cup in Beijing ging Daleman verder waar ze vorig weekend gebleven was: hard schaatsen.

In een rechtstreeks duel met Marijke Groenewoud trok Daleman aan het langste eind en zette ze een tijd van 1.55,41 op het scorebord. Daarmee verbeterde ze haar persoonlijk record met ruim twee tienden. In de ritten die volgden, doken alleen Miho Takagi en Joy Beune onder de tijd van Daleman. “Bizar, ik heb hier geen woorden voor”, glundert Daleman na afloop.

“Voor de race voelde ik me niet eens zo lekker. Ik had het warm en was benieuwd wat er vandaag uit zou komen. Eenmaal op het ijs reed ik ontspannen en maakte ik goede klappen. Ik was erop gebrand om hard te openen, zodat ik over Marijke heen kon kruisen. De eerste kruising deed ik alleen, maar op de laatste kruising kon ik achter Marijke aan. Dat was top.”

“Ik moet eerlijk zeggen dat ik niet had gedacht dat ik een PR zou rijden. Tijdens het WCKT voelde ik me veel sterker”, gaat Daleman verder. “Ik ben hartstikke trots op mezelf. Ik vind het heel bijzonder dat ik bij mijn tweede senioren World Cup een medaille heb gehaald. Ik geniet er zeker van, maar nu gaat de knop weer om naar morgen”, doelt ze op de 1000 meter die zaterdag op het programma staat.

Schulting mist podium op haar na
Eerder op de dag slaagde Schulting er net niet in haar eerste wereldbekermedaille op de langebaan te veroveren. Op het ijs van Beijing reed de sprintster van Team Essent haar snelste 500 meter van het seizoen, maar werd ze net niet beloond met een medaille. Met een tijd van 37,98 eindigde ze knap als vierde. De Japanse Yukino Yoshida was met een tijd van 37,68 de snelste.

Schulting, die vorig weekend veertiende en zevende werd op de kortste afstand, kwam in haar rit tegen Brittany Bowe goed uit de startblokken. De drievoudig olympisch shorttrackkampioene rekende na een opening van 10,54 overtuigend af met de Amerikaanse en snelde naar een eindtijd van 37,98. Daarmee reed ze voor het eerst dit seizoen onder de 38 seconden.

“Ik ben hier superblij mee. Het is mijn vierde tijd ooit gereden en de snelste opening ooit”, vertelt een tevreden Schulting vanaf haar hotelkamer. “Ik zei vorige week nog tegen Ben (Jongejan, assistent-coach): die 10,5 zit erin. Wel lekker als het dan meteen lukt. Tijdens de rit was ik er niet zozeer mee bezig. Ik dacht alleen maar: zo hard mogelijk mokeren en goed de bocht in. Toen ik over de streep kwam en mijn tijd zag, was ik heel blij.”

Op het middenterrein wachtte Schulting in spanning af of haar tijd genoeg zou zijn voor een medaille. “Ik had wel zoiets van: dit zou een podiumplek kunnen opleveren. Helaas bleek dat net niet het geval. Natuurlijk vind ik dat jammer, maar ik ben vooral heel blij met de progressie die ik gemaakt heb ten opzichte van vorige week. Je werkt er hard voor, dus dan is het leuk als de resultaten eruit komen.”

Merijn Scheperkamp moest op de 500 meter voor mannen genoegen nemen met de achtste plek. De sprinter, die vorige week als derde eindigde op de tweede omloop, klokte in Beijing een tijd van 34,80. Jordan Stolz toonde zich met 34,27 opnieuw de snelste. Tijmen Snel en Joep Wennemars speelden op de 1500 meter geen rol van betekenis. Zij reden respectievelijk de dertiende en vijftiende tijd.